Tuinklussen in juni

Afhankelijk van het weer, zul je deze maand het gras 1 à 2 keer per week moeten maaien. Tijdens droge periodes is het beter minder vaak te maaien en de snijhoogte van je grasmaaier niet te kort af te stellen. 4 à 5 centimeter is het best. Wacht op warme, droge dagen ook liever tot de avond met maaien om uitdroging tegen te gaan.

Je zult de grasmat nu ook regelmatig moeten sproeien. Een bestaand gazon kun je bijna nooit teveel water geven, wel te vaak. Beter eenmaal twee uur de sproeier erop zetten dan vier keer een half uur, want de grond moet door en door nat worden, tot aan de wortels.

Omdat het gras in juni zo hard groeit, heeft het voedingsstoffen nodig, dus ook bemesten staat deze maand op de kalender. Belangrijk is dat je direct sproeit nadat je een gazon hebt bemest. De meststoffen moeten zijn opgelost voordat de zon erop gaat schijnen. Kale plekken in het gazon kun je nog inzaaien of opvullen met graszoden voor een snel resultaat.

Alle één- en tweejarigen kunnen nu uitgezaaid worden. Wanneer je in het najaar geen rozen of heesters hebt kunnen planten, kun je dit alsnog doen. In juni geplante rozen zullen later in de zomer al volop bloeien. In de moestuin kun je nog allerlei kruiden zaaien. Peterselie, snijselderij, bieslook, kervel en ook eenjarig bonenkruid zullen snel opkomen en al spoedig oogstbaar zijn.

Tip: Zet je binnenplanten een uurtje buiten op een regenachtige dag. Het is nu niet te koud, en de planten frissen er lekker van op.

Onkruid wieden is een wekelijkse taak in juni. Let erop dat je het onkruid met wortels en al uit de grond trekt. Dit gaat het beste als het droog is.

Check je planten regelmatig op luizen. Vooral rozen hebben in deze tijd van het jaar gauw last van luis, maar ook gewassen in de moestuin. Voordat je naar bestrijdingsmiddelen grijpt, kun je proberen de luizen weg te spuiten met een krachtige waterstraal. Een andere milieuvriendelijke manier is het werk overlaten aan de natuurlijke vijanden van luizen, zoals lieveheersbeestjes. Je kunt ze aanlokken door bomen te planten waar ze dol op zijn, zoals meidoorn, linde en hazelaar.

Rond 21 juni – de langste dag van het jaar – beginnen veel planten aan een korte groeispurt. Dat geldt ook voor haagplanten, vooral bladverliezende soorten. Als je ze nu snoeit, zullen ze snel herstellen en veel jong schot maken. Ook taxushagen kun je deze maand snoeien. In tegenstelling tot de meeste coniferen, kun je taxus terugsnoeien tot op de kale tak.

Knip uitgebloeide bloemen weg om ervoor te zorgen dat de plant zijn energie niet in zaadvorming steekt maar in het vormen van nieuwe bloemen. Diverse vaste planten kunnen, als je ze kort afknipt nadat ze zijn uitgebloeid, nog een keer gaan bloeien. Uitgebloeide rozen knip je af boven het eerste vijfblad (een blad met vijf deelblaadjes). Dan groeit daar weer een sterke nieuwe bloeischeut uit. Bij een blad met drie deelblaadjes gebeurt dat niet.

Tenslotte: snoei niet in de volle zon of tijdens een hittegolf, maar wacht liever op een wat meer wisselvallige periode.